Reaktie op het artikel "Niet echt uit Israël" in het blad "People Planet Profit" van Goede Waar en Co., Jrg. 6 nr. 2, november-december 2007.
Mieke Zagt van ICCO is campagne aan het voeren tegen Israëlische produkten waarvan niet gegarandeerd kan worden dat ze niet uit de bezette gebieden komen. In een interview met haar in "People Planet Profit" lopen verschillende zaken door elkaar: dat Israël produkten uit de Joodse nederzettingen naar Europa exporteert, dat die herkomst vaak niet wordt aangegeven, dat Israël daarmee de afspraken uit het EU Associatieverdrag schendt, en of het wenselijk is deze produkten te boycotten.
Op zich is de import van produkten uit de Joodse nederzettingen naar de EU geoorloofd. Alleen zouden die als zodanig aangegeven dienen te zijn, omdat ze buiten de gunstige handelsvoorwaarden van het Associatieverdrag vallen. Door niet aan te geven welke produkten wel en niet uit de nederzettingen afkomstig zijn, schendt Israël het verdrag. Van heimelijk 'omkatten', zoals Mieke Zagt suggereert, lijkt echter geen sprake, eerder van een principekwestie. Men komt er openlijk voor uit de Israëlische wetgeving te volgen, die geen onderscheid maakt tussen Israëlisch grondgebied en dat van de nederzettingen.
Het ICCO is geen club die zich bezig houdt met Europese douane regels of etikettering van voedingsmiddelen. De enige denkbare reden waarom zij van deze kwestie een punt maakt - al jaren overigens - is om produkten afkomstig uit Joodse nederzettingen te kunnen boycotten. Bepaalde produkten boycotten is ieders goed recht. Ikzelf boycot van-alles-en-nog-wat dat mij niet aanstaat, en het is geen geheim dat de nederzettingen een probleem zijn voor het sluiten van een vredesverdrag met de Palestijnen.
Vreemd genoeg bestrijdt ICCO dat ze een boycot van de nederzettingen nastreeft. Ze wil slechts dat de consument goed geïnformeerd wordt om een eigen keuze te kunnen maken, en dat de EU niet ongewild de nederzettingen subsidieert door deze produkten vrij van heffingen binnen te laten. Toch ijvert Mieke Zagt uit hoofde van ICCO voor een boycot, met als eis het vermelden van de precieze herkomst van de produkten en het betalen van de daarbij horende importheffingen. Zolang aan die eis niet wordt voldaan wil ze dus alle produkten uit Israël uit de winkels hebben. Het heeft iets weg van een wagen met een paard erachter.
Het nederzettingenbeleid kan men bekritiseren, het 'omzeilen' van bepalingen in het Associatieverdrag ook, maar om op grond hiervan 'het zekere voor het onzekere te nemen' en alle Israëlische produkten te boycotten die mogelijk (deels) van nederzettingen afkomstig zijn, gaat mij een paar stappen te ver. Het riekt naar een stok om een hond mee te slaan. Wordt er bij produkten uit Marokko of China ook op gelet of deze niet geproduceerd zijn door Marokkanen die in de bezette West-Sahara wonen of Chinezen die in bezet Tibet wonen?
Ik was dit jaar in Jeruzalem en kocht in de 'bezette' Oude Stad een horloge in de Arabische souk. Volgens de logica van ICCO en Co. had ik dat horloge niet mogen kopen in een Joodse winkel in de oude Joodse wijk van Jeruzalem, want dat zijn illegale kolonisten. ("... inclusief Oost-Jeruzalem" zetten ze er altijd netjes bij in hun protesten). Oost-Jeruzalem omvat de gehele Oude Stad inclusief de Klaagmuur en de Joodse wijk, en ook de Joodse begraafplaats op de Olijfberg.
Het gebruik van de term "niet koosjer" door Mieke Zagt laat een nare smaak na in mijn mond, viezer dan de bijsmaak van Golan-wijn. Nuchter bezien kan men overigens de vraag stellen of wijn van een Golan onder Syrisch bestuur nu echt frisser smaakt dan onder Israëlisch bestuur.
Wouter Brassé, Sittard
Geen opmerkingen:
Een reactie posten