donderdag 28 november 2024

Verre (Limburgse) verwantschappen

 

*

Ik heb niets met autocoureurs, maar de BN-er aan wie ik het meest verwant ben is wel Max Verstappen. Hij stamt namelijk net als ik af van Mathias Larue. Mijn overgrootvader Larue was een neef van Jos Verstappens betovergrootmoeder Johanna Deben-Schaefer. De gemeenschappelijke voorvader is voor mij 5 generaties terug en voor Max 7 generaties. Genealogie is een veelzijdige hobby, en naast mijn eigen voorouders vind ik het leuk om soms te kijken aan wie ik (ver weg) verwant ben.

Ik deel 7 generaties terug ook voorouders met gouverneur Sjeng Kremers en schrijfster Connie Palmen (voor hen 6 generaties terug); 8 generaties terug met journaliste Marcia Luijten (ook 8), industrieel Petrus Regout (4 generaties), cabaretier Toon Hermans (5), liedjesschrijver Frans Boermans (8), presentator Felix Meurders (6), troubadour Sjef Diederen (7), minister Jo Ritzen (7), journalist/presentator Twan Huys (8), politicus Geert Wilders en muzikant Gé Reinders (beiden met hetzelfde voorouderpaar 7 generaties terug).


Het wordt inmiddels een lange lijst: Nog een generatie verder terug (de 9de) tref ik architect Jos Wielders, sportjournalist Mart Smeets, Kamerlid Myrthe Hilkens, bisschop Gijsen, minister Camiel Eurlings, de heilige pater Karel Houben, kunsthistoricus prof.dr. Timmers, premier Jo Cals, troubadour Jo Erens en advocaat Bram Moszkowicz. Daarboven volgen onder meer schrijver Heinrich Böll, ministers Maxime Verhagen en Gerd Leers, violist André Rieu en ons aller Zefke Mols; 11 generaties terug Joost Prinsen en Joseph Goebbels, en daarboven journalist/presentator Paul Witteman.


Zo kan ik nog teruggaan tot generatie 19: hertog Willem II van Gulik, waarvan ook afstammen grootvorstin Anastasia Nikolajevna van Rusland, koning Charles van Groot-Brittannië en koningin Beatrix der Nederlanden. Maar zoals het mannetje met de pijp tegen markies De Canteclaer zei: “Dat teruggaan is geen verdienste, het gaat erom wat men al teruggaande heeft uitgespookt!”

Zie ook het boek Limburgse Verwantschappen van Funs Patelski (waarvan deel 2 in de maak is – niet van Funs maar van het boek).

_________________________________________

* Foto’s grotendeels afkomstig van Wikipedia met Creative Commons license; foto Max Verstappen door Steffen Prößdorf.

dinsdag 12 maart 2024

Sittard, twee dagen na de opening van het Nationaal Holocaustmuseum


Tegenover mijn woning op de hoek Helstraat/Paradijsstraat liggen vier Stolpersteine voor de weduwe Schellevis uit Amsterdam en drie van haar kinderen, die in 1937 via Maastricht in Sittard waren komen wonen, en van hieruit gedeporteerd werden. Hun woning, een pand van de gemeente Sittard, is al lang geleden afgebroken, en ik heb de nodige uren besteed aan het vinden van de exacte locatie en foto’s van het pand. De weduwe Schellevis had vijf volwassen kinderen, waarvan eentje in 1936 nabij Eijsden was overvallen en vermoord, zo leerde ik uit oude kranten op Delpher.nl. Voor hem en voor dochter Grietje zijn hier geen Stolpersteine gelegd. Grietje was in 1940 getrouwd en naar Amsterdam teruggekeerd.

Luchtfoto uit 1926.

De zijkant van Paradijsstraat 2 aan de wal.

Links Paradijsstraat 2, rechts het 'Wijnhuis'.

Rechts Paradijsstraat 2.

Jansje Schellevis-Goudsmit.

Voordat ze zich op de Paradijsstraat vestigden, had het gezin Schellevis op twee adressen op de Molenstraat gewoond. Ik vroeg me lang af of daarmee de Molenweg in Ophoven was bedoeld, of wellicht de Molenbeekstraat? Vorige week stuitte ik in het archief op een verzoek van de bewoners van de Helstraat uit 1927: ze waren ongelukkig met de associatie van hun straatnaam en vroegen of die veranderd kon worden. De gemeente stemde in, en veranderde de Helstraat in de Molenstraat! Het gezin heeft dus al die tijd in mijn straat gewoond. In 1953 werd de straatnaam terug veranderd in Helstraat.

In Amsterdam, waar ik door omstandigheden momenteel geregeld verblijf, heb ik gezocht of Grietje en haar man Leon Koopman daar een Stolperstein hadden. Dat bleek nog niet het geval. Van de bijna 80.000 uit Amsterdam gedeporteerde Joden zal wel nooit iedereen een struikelsteentje krijgen. Haar laatste adres dat ik kende was Nieuwe Keizersgracht 80 huis, een pand dat inmiddels is gesloopt (evenals de drie adressen van het gezin in Sittard). Elf jaar geleden werd aan de overkant op de Nieuwe Keizersgracht de ‘Schaduwkade’ onthuld, een ander namenmonument, bestaande uit plaatjes met de namen van 200 Joodse bewoners die uit die straat waren gedeporteerd. Maar ook hier zijn Grietje en haar man niet bij: de rij gedenkstenen eindigt bij nummer 74. Wel ligt de ‘Schaduwkade’ pal naast het Holocaust Namenmonument. Daarop staan Grietje en haar man sinds 2021 wel vermeld. Vanuit het Monument kijk je zo op de plek waar hun huis heeft gestaan.

De Schaduwkade met zicht op Nieuwe Keizersgracht 80.
 
Het Namenmonument met zicht op Nieuwe Keizersgracht 80.
 
Steentjes van het Namenmonument.

Daar blijken ze maar 3 maanden te hebben gewoond, van februari tot mei 1941. De archiefkaarten van Amsterdam geven aan dat ze toen zijn verhuisd naar Albert Cuijpstraat 231-IIa. Leon werd vervolgens opgepakt bij een razzia en in september 1941 in Mauthausen vermoord, terwijl Grietje begin 1944 formeel werd uitgeschreven naar ‘Duitschland’. Zij was echter al in april 1943 in Sobibor om het leven gebracht.

Rechts Albert Cuypstraat 231 in 1982.

Twee straten verder ligt de Nieuwe Achtergracht, waar ik in treurige omstandigheden momenteel een woning help leeghalen. Op Joodsmonument.nl zag ik onlangs dat ook uit dit pand in 1942 meerdere Joodse gezinnen zijn gedeporteerd en vermoord. Er zijn veel monumenten en gedenkplaatjes voor de Holocaust in Amsterdam. De stad telde destijds 800.000 inwoners. Bijna 1 op de 10 is vermoord omdat zij Joods waren. Nu is er ook een museum, voor al die Joden uit Amsterdam, en die uit de rest van Nederland.

Wil Brassé