Jodenjagers
06-10-11 14:00 uur
COLUMN
THEODOR HOLMAN
Nadat ik Ad van Liempt had gesproken over Jodenjacht, het boek dat hij schreef samen met Jan Kompagnie, was ik enigszins van slag.
Het boek gaat over 'de onthutsende rol van de Nederlandse politie in de Tweede Wereldoorlog'. Het gedrag van sommige Jodenjagers was zo ernstig, dat zelfs de Duitsers het te ver vonden gaan.
'Jongens, wij waarderen het dat jullie de Joden oppakken, maar dat jullie ze dan ook martelen en beroven is zelfs ons te gortig, en dus arresteren wij jullie.'
Zoiets moeten de Duitsers hebben gezegd.
Het hele boek bestaat uit onthullingen waar ik oprecht - dus echt - misselijk van word. Neem de uitspraken van de Groningse agent Arend Ruben. "Voor ik met verlof naar huis ga, ransel ik eerst nog een paar Joden af.'
Hij zegt ook: 'Het is geen zondag als ik niet eerst een paar Joden halfdood heb geslagen.'
Als zinnen ziek zouden kunnen zijn, zijn dit zieke zinnen.
Van Liempt en Kompagnie: 'De jonge Ruben is een sprekend voorbeeld van de Jodenhaat bij de speciale politie-eenheden. Zoals Ruben waren er wel een paar honderd.'
Ruben was niet eens de ergste. Wat te denken van Kees Kaptein - ik heb geen zin over te schrijven wat hij geflikt heeft, maar wel dat hij 'verantwoordelijk is geweest voor maar liefst een zesde van de uit Den Haag gedeporteerde Joden. (...) Vaststaat dat (...) hij honderden van zijn stadsgenoten de dood ingejaagd heeft.'
Het onthutsendst is dat de agenten het heerlijk vonden antisemiet te zijn. De Amsterdamse rechercheur Harms: 'Al lagen alle Joden hier op een hoop bij elkaar en werden zij met benzine overgoten en in brand gestoken, dan zou ik er met plezier naar staan te kijken.'
Ik weet niet hoe ik in de oorlog zou hebben gereageerd, welke keuzes ik zou hebben gemaakt, wat ik zou hebben gedacht. Zou ik hebben kunnen genieten van het kwellen van mensen?
Ik weet zijn naam niet meer, maar zo'n 35 jaar geleden interviewde ik iemand uit het verzet. Zijn ouders waren het slachtoffer van zo'n agent geweest, de rest van zijn familie was vergast. Hij vroeg me: 'Ben ik slecht dat ik ervan droom al die schurken te liquideren?'
Ik schudde mijn hoofd.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Jodenjacht
http://www.trouw.nl/tr/nl/6849/Sylvain-Ephimenco/article/detail/2946981/2011/10/04/Jodenjacht.dhtml
Sylvain Ephimenco − 04/10/11, 09:38
COLUMN
In 2007 ontstond commotie in Vlaanderen na het verschijnen van het boek 'Gewillig België' over de houding van het Antwerpse stadsbestuur en de politie tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Het boek ging hoofdzakelijk over de razzia's op Joden die door de Antwerpse politie werden gehouden en die in de deportatie van 1200 slachtoffers resulteerden.
Het boek en de documentaire 'Modus Operandi' die later werd gemaakt, laten duidelijk zien dat anders dan in andere Belgische steden, de vervolging van Joden optimaal was in Antwerpen: 'Eerst hielp de politie door straten af te sluiten, later ging ze actief over tot het arresteren van Joden'. Daarom ook besloot de Antwerpse burgemeester in het najaar van 2007 zijn excuses aan te bieden voor 'de actieve rol die het stadsbestuur en de politie hebben gespeeld in die dramatische dagen'.
In België werden in totaal 25.000 Joden gedeporteerd. In Nederland 140.000.
Gisteren stond in de Verdieping een stuk over het boek 'Jodenjacht' van Jan Kompagnie en Ad van Liempt. Het boek draagt als ondertitel: 'De onthutsende rol van de Nederlandse politie in de Tweede Wereldoorlog'. Klaarblijkelijk is die rol nooit eerder zo goed onderzocht en daarom is meer dan 65 jaar na dato het woord 'onthutsend' wel op zijn plaats.
Het beeld dat hieruit naar voren komt, is niet meer dat van politiefunctionarissen die de bezetters gewillig waren, maar dat van een omvangrijke groep Nederlandse fanatieke antisemieten die met grof geweld een gestructureerde Jodenjacht hielden. Zo gewelddadig zelfs (martelingen en ook verkrachtingen werden toegepast) dat ze soms door de Duitse bezetter met disciplinaire maatregelen werden bestraft.
'Ze joegen met alle middelen op hun slachtoffers, ze overtraden daarbij alle denkbare rechtsregels, ze roofden waar ze konden, ze gebruikten geweld, ze pasten misleiding toe - en dat alles werd van hogerhand toegestaan (op een enkele uitzondering na) en vaak zelfs gestimuleerd', zeggen de auteurs van 'Jodenjacht'.
In totaal arresteerden de speciale anti-Joden-afdelingen van de politie 9000 personen. Toen ik dit allemaal las, moest ik denken aan de Antwerpse burgemeester die voor een minder wreed en omvangrijk politieoptreden gedurende de oorlog zijn excuses had aangeboden.
Nu kun je dit puur symboolpolitiek vinden maar excuses kunnen ook een apaiserende werking hebben bij slachtoffers en nabestaanden. Of de Nederlandse politie ook haar excuses zou moeten aanbieden naar aanleiding van dit boek moet ze zelf weten. Maar ik kan me een discussie hierover heel goed herinneren.
In 1997 schreef oud-journalist Hans Knoop een open brief in het Nieuw Israelitisch Weekblad waarin hij de politie om excuses vroeg voor haar rol in de Tweede Wereldoorlog. De voorzitter van de Nederlandse politiebond J. van Duijn trad vervolgens in bijna alle media op om vastberaden zijn weigering toe te lichten.
Excuses, zei hij, zouden geen recht doen aan agenten die principieel weigerden aan de deportatie van Joden mee te werken. In het licht van het pas verschenen boek 'Jodenjacht' is de weigering van 14 jaar geleden nu extra pijnlijk.